Pride in Boedapest, ondanks verbod, grootste ooit in Hongarije

Tussen de 180.000 en 200.000 mensen, waaronder delegaties uit meer dan dertig landen, hebben zaterdag meegelopen tijdens de Pride in Boedapest. Dat is een record voor de Pride-optocht in Hongarije, ondanks het verbod van de Hongaarse eerste minister Viktor Orbán. De Pride was niet alleen een protest tegen het recente verbod dat de regering van Orbán eerder dit jaar uitvaardigde op Pride- en andere LGBTQ-evenementen, maar ook tegen de aanval op de democratie die momenteel in Hongarije plaatsvindt.
Orbán en zijn partij Fidesz zijn al jaren bezig met het systematisch terugdraaien van allerlei rechten van minderheidsgroepen, waaronder de regenbooggemeenschap. Zo stemde zijn partij in 2011 een nieuwe grondwet waarin geen ruimte is voor het huwelijk tussen personen van hetzelfde geslacht of voor regenbooggezinnen. In 2020 werd koppels van hetzelfde geslacht de toegang tot het adoptieproces ontzegd. In datzelfde jaar werd artikel 33 gewijzigd: gender wordt er gedefinieerd als "biologisch geslacht gebaseerd op geboorte en genoom", waarmee de wettelijke erkenning van transgender- en intersekse personen de facto verboden werd. Op 14 april 2025 zette het parlement zijn kruistocht voort met een grondwetswijziging die bepaalt dat alleen mannelijke en vrouwelijke geslachten bestaan.
In 2021 werd de beruchte "propagandawet" goedgekeurd, die elke discussie of representatie van LGBTQIA+-personen in onderwijsinstellingen en media sterk aan banden legt. Deze wet beoogt de zichtbaarheid van LGBTQIA+-personen in de publieke ruimte te wissen, negatieve stereotypen te versterken en jongeren de toegang tot belangrijke informatie over hun identiteit te ontzeggen.
Op 18 maart keurde het Hongaarse parlement een wetsvoorstel goed dat het “organiseren van een bijeenkomst in strijd met” deze wet uit 2021 verbiedt. De wet voorziet boetes van 500 euro voor deelnemers en machtigt de autoriteiten om gezichtsherkenningstechnologie te gebruiken om hen op te sporen. De Europese Commissie bestrijdt de wet bij het Hof van Justitie van de EU. Dat moet nog een arrest vellen, maar de advocaat-generaal gaf eerder deze maand in zijn advies al aan dat Hongarije artikel 2 van het Europees Verdrag schendt.
De laatste maanden kwam er tegen deze wet veel protest, niet alleen in Hongarije. Ook LGBTQ-activisten, politici en Europarlementsleden spraken zich uit tegen het evenementenverbod. De regering van Orbán liet uiteindelijk de politie beslissen of de Pride mocht doorgaan. Op basis van de omstreden wet werd de optocht verboden, maar burgemeester Gergely Karácsony trok het initiatief naar zich toe en verklaarde dat de optocht een organisatie van de stad was, waardoor de politie de Pride niet kon verbieden.
Ondanks het feit dat er tegenbetogingen waren aangekondigd, verliep de Pride relatief zonder problemen. Tussen de tienduizenden mensen in de straten van Boedapest liepen ruim zestig Europarlementsleden mee, onder wie de Belgen Kathleen Van Brempt (Vooruit), Hilde Vautmans (Open VLD), Saskia Bricmont (Ecolo), Elio Di Rupo (PS) en Yvan Verougstraete (Les Engagés). Ook vanuit de federale en regionale parlementen in België trokken verschillende politici naar Hongarije. Onder meer Groen en N-VA tekenden present.
