Minister Beenders hekelt dat homofobe influencer podium krijgt op VRT MAX

In de commissie Sociale Zaken heeft minister voor Personen met een Handicap en Gelijke Kansen Rob Beenders (Vooruit) meer uitleg gegeven over zijn eerdere opmerking dat de reportage over de homofobe influencer Andrew Tate zonder duiding nog steeds te zien is op het streamingplatform VRT MAX.
“Andrew Tate heeft een aanzienlijke invloed op sociale media en is vooral bekend geworden door zijn homofobe, maar ook zijn vrouwonvriendelijke uitspraken”, aldus Beenders. “En het is vooral door die uitspraken dat hij een grote aanhang heeft gekregen op sociale media, vooral onder jongere doelgroepen. Dat vind ik persoonlijk vrij zorgwekkend.”
In de documentaire worden de uitspraken van Tate ongefilterd getoond. “Het is verontrustend om sommige expliciete beelden te zien, vooral gezien de impact die dit kan hebben op jongeren. Bijvoorbeeld de exploitatie van meisjes om zijn bedrijf op te zetten en miljoenen te verdienen. Die beelden worden gewoon ongesensureerd getoond, inclusief fragmenten waarin wordt geapplaudisseerd voor de bedragen die hij op die manier genereerde. In een ander fragment presenteert hij zijn leven als de droom van elke tienerjongen.”
Voor minister Beenders zijn deze boodschappen problematisch, en toont de documentaire een eenzijdig perspectief door uitsluitend bestaand beeldmateriaal te gebruiken zonder kritische context of analyse. De minister vindt het ook zorgwekkend dat de homofobe influencer via VRT MAX tot eind augustus een platform krijgt om zijn homofobe en vrouwonvriendelijke uitspraken te verspreiden.
Media vallen echter niet onder de bevoegdheid van minister Beenders, en hij kan dus officieel geen contact opnemen met de VRT over de documentaire. “Wat wel onder mijn bevoegdheid valt, is het maximaal bevorderen van een inclusieve samenleving, het focussen op het beleid voor gelijke kansen, ongeacht seksuele geaardheid, genderidentiteit of andere beschermde kenmerken. En in lijn met dat doel zal ik actief blijven werken aan de bescherming van de rechten van LGBTI+-personen en de strijd tegen discriminatie en haatzaaiende uitlatingen tegen verschillende doelgroepen, zowel online als offline”, zo zei de minister dinsdag in de commissie Sociale Zaken.
